triangle
Nieuws / Fivoor algemeen

Jasper Schetters geeft mening over rechters die zich zonder kennis een psychiatrisch oordeel aanmeten

Psychiaters Niels Mulder en Jasper Schetters. In de zaak ‘Thijs H.’, die in een psychose drie wandelaars doodstak, negeerde de rechter het advies om hem volledig ontoerekeningsvatbaar te verklaren. De rechter gaat vaker op de stoel van de psychiater zitten.

De Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) maakt zich zorgen over rechters die zich zonder kennis een psychiatrisch oordeel aanmeten. Aanleiding is de zaak ‘Thijs H.’, die in een psychose drie wandelaars doodstak. Het gerechtshof in Den Bosch veroordeelde Thijs Hermans – zoals hij zelf genoemd wil worden – tot 22 jaar cel en tbs. Zowel het Openbaar Ministerie als de rechterlijke macht negeerde in het strafproces het advies van het Pieter Baan Centrum om Thijs volledig ontoerekeningsvatbaar te verklaren.

„Wat daar gebeurde”, zegt psychiater Niels Mulder, „is dat de rechter zo duidelijk op de stoel van de psychiater is gaan zitten met zijn eigen oordeel, dat wij daar als NVvP wel wat van móéten vinden. Psychiatrie is namelijk wel een vak.”

Mulder is voorzitter van de NVvP en bijzonder hoogleraar openbare geestelijke gezondheidszorg aan het Erasmus MC in Rotterdam. Naast hem zit Jasper Schetters, ook psychiater, tevens geneesheer-directeur van forensisch psychiatrische instelling Fivoor en bestuurslid NVvP bij de afdeling forensische psychiatrie. Namens die vereniging, waarbij 3.800 psychiaters zijn aangesloten, besloten ze een interview te geven, legt Schetters uit: „Als onze deskundigheid als een mening wordt weggezet, kunnen we niet anders. Daar zetten we grote vraagtekens bij. Eerst halen de rechters kennis in huis die ze zelf niet hebben – en dat is niet zomaar kennis, dat is het Pieter Baan Centrum, een gerenommeerd instituut dat met een uitgebreid rapport komt. En vervolgens, als puntje bij paaltje komt, leggen diezelfde rechters dat rapport naast zich neer.”

Denkfout strafrechters

Mulder: „En daarbij maken de strafrechters een denkfout. Dat is wat mij betreft een van de belangrijkste dingen. Ze concluderen dat er sprake was van een vooropgezet plan, terwijl het Pieter Baan Centrum-rapport concludeert dat dit om handelen ging in het kader van een psychose.”

Dat is de kern van de zaak: kon Thijs Hermans, ondanks zijn psychische toestand, vrije rationele keuzes maken waarin hij tot de moorden besloot, zoals de rechters oordeelden? Of was zijn denken zodanig onder invloed van zijn psychose dat zijn handelen hem niet is aan te rekenen?

Dat laatste was volgens het Pieter Baan Centrum het geval. Het adviseerde tbs op te leggen zonder straf. Daarbij concludeerde het Pieter Baan Centrum dat de psychose van Thijs mogelijk werd verergerd of zelfs veroorzaakt door het psychose-aanjagend medicijn dexamfetamine, dat Thijs Hermans werd voorgeschreven na een misdiagnose van ADHD. Die conclusie, en het advies ‘volledig ontoerekeningsvatbaar’, werd vervolgens bevestigd door een tweede onderzoek van forensisch psychiaters.

Na het derde onderzoek, gevraagd door het gerechtshof, kwamen de onderzoekers niet tot een advies, omdat ze onvoldoende inzicht kregen in de belevingswereld van Hermans. Die laatste onderzoekers, een psychiater en een psycholoog, concludeerden, ondanks dat beperkte inzicht, wel dat ze hem niet geloofden. Juist dat rapport bleek bepalend voor het oordeel van de rechters. Die stelden in hun eindarrest dat Thijs Hermans bewust keuzes maakte – bijvoorbeeld bij de selectie van slachtoffers – en daardoor slechts ‘verminderd toerekeningsvatbaar’ was.

'Niet helemaal begrijpelijk'

„Dat is eigenlijk niet helemaal begrijpelijk”, concludeert Mulder, voorzichtig zoekend naar de juiste woorden. „De rechter denkt blijkbaar: als dit met voorbedachten rade is gebeurd, dan is het niet vanuit psychose. Maar ook vanuit een psychose kun je bepaalde dingen wel en niet doen, keuzes maken. Je kunt stemmen hebben die opdracht geven bepaalde handelingen uit te voeren, je kunt uit psychotische achterdocht op internet gaan zoeken. Het feit dat hij dat zo planmatig heeft gedaan, wil niet zeggen dat hij daarmee toerekeningsvatbaar was, dat hij dat met opzet heeft gedaan. Dat kan allemaal in het kader van die psychose zijn geweest, zoals het Pieter Baan Centrum heeft vastgesteld.”

Schetters zet ook vraagtekens bij het laten maken van het derde rapport waar het hof zo op leunt. „De vraag is of meer rapporten altijd meer duidelijkheid geven. In dit geval was er geen onenigheid in het eindadvies. Want dat derde rapport had geen eindoordeel, terwijl er twee rapporten waren die dat wel hadden en die lagen in elkaars verlengde. En zo’n uitgebreid rapport als het Pieter Baan Centrum-rapport: ik denk dat je daar op zou moeten kunnen varen. Daar is hij zeven weken geobserveerd – en dat is niet alleen observeren, ook gedegen vooronderzoek, naar zijn omgeving, zijn verleden, dat gaat veel breder dan observeren alleen.”

Lees de reconstructieHoe Thijs Hermans steeds verder weggleed in een psychose:„Kennis bij rechters van hoe zo’n rapport tot stand komt, is buitengewoon belangrijk”, vult Mulder hem aan, „en ik zou willen dat die expertise serieus genomen wordt”.

Schetters: „Je moet je ook realiseren: wat de rechters op een zitting zien, is niet waar het over gaat. Iemand kan dan bijvoorbeeld al ingesteld zijn op medicatie, waardoor de psychose minder is geworden of verdwenen. Het Pieter Baan Centrum kijkt naar de stoornis ten tijde van het delict. Dat is terug in de tijd. Als een rechter vervolgens het idee heeft: goh, ik heb hier iemand tegenover me zitten en die lijkt eigenlijk heel adequaat, dan zegt dat niks over hoe het daarvóór was. Dan kun je een heel ander beeld voor je zien.”

Dat het advies van het Pieter Baan Centrum en het eindoordeel van de rechters in strafzaken zo extreem uit elkaar liggen in het geval van meervoudige levensdelicten is een zeldzaamheid. Maar recent gebeurde het in nog een zaak. Een Syrische vluchteling, getraumatiseerd door zijn oorlogsverleden, vermoordde twee mensen in psychose. Ook hier concludeerde het Pieter Baan Centrum ‘volledig ontoerekeningsvatbaar’, ook omdat het drugsgebruik van de man in het kader van zijn stoornis beoordeeld moest worden. Maar hier werd de man door achtereenvolgens de rechtbank in Maastricht en het hof in Den Bosch voor zijn eigen toestand verantwoordelijk gehouden en tot een lange gevangenisstraf plus tbs veroordeeld.

Extra wrang

Wat de zaak van Thijs Hermans extra wrang voor alle betrokkenen maakt, is dat de psychose waarin hij tot zijn daden kwam mogelijk deels of volledig het gevolg is van medicatie die hij volgens het Pieter Baan Centrum ten onrechte voorgeschreven kreeg van ggz-instelling Mondriaan in Maastricht. Mondriaan liet in opdracht van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd onderzoek doen naar wat mogelijk was misgegaan bij de behandeling. Dat onderzoek bleef tijdens het strafproces geheim, zelfs voor Hermans en voor de rechters die hem veroordeelden.

Niels Mulder kent de inhoud van het rapport wel. Hij was voor zijn NVvP-voorzitterschap een van de auteurs, maar is gebonden aan zijn beroepsgeheim. „Ik heb het in opdracht van de instelling gedaan, die het weer op verzoek van de inspectie heeft gedaan. Het is niet mijn rapport. Ik kan niets over de inhoud zeggen.”

Hij begrijpt wel dat Thijs Hermans, zijn familie en zijn advocaten graag inzicht in dat rapport zouden hebben, en ook snapt hij de vraag of het niet beter was geweest als de strafrechters er kennis van hadden genomen. Mulder: „In zijn algemeenheid ben ik voor openheid over dit soort dingen en dat de onderste steen bovenkomt. Daarvoor is het belangrijk genoeg. Maar ik heb me aan die geheimhoudingsafspraken te houden.”

Mondriaan, de opdrachtgever en eigenaar van dat onderzoeksrapport, weigert elk commentaar.

Behandeling of wraaktraject

„Zorgelijk”, noemen Mulder en Schetters zowel dit vonnis als dat in de zaak Thijs H. „Of je geeft iemand tbs, zodat die behandeling krijgt en er zo min mogelijk kans is op herhaling na dat traject. Of je kiest voor het wraakprincipe dat iemand naar de gevangenis gaat”, aldus Mulder. Daar tekent hij bij aan dat een tbs-traject bij levensdelicten vaak vele jaren duurt en soms zelfs nooit meer tot vrijlating leidt. Het is zeker niet zo dat behandelaars zomaar delinquenten de straat op sturen, zegt Schetters: „De kliniek is met adviezen aan de rechter bij tbs-verlenging vaak zelfs strenger in het beschermen van maatschappij, dan de rechters vervolgens bij hun beslissing. Dat geldt vooral bij langdurige tbs-trajecten.”

Het belangrijkste punt van Mulder en Schetters namens de NVvP is dat juist bij dat oordeel van toerekeningsvatbaarheid de expertise van een instituut als het Pieter Baan Centrum leidend zou moeten zijn. „Daarbij is de combinatie van én een lange gevangenisstraf én tbs-behandeling nooit de bedoeling geweest,” aldus Schetters. „Nu is eigenlijk de boodschap: we gebruiken, of eigenlijk misbruiken, de tbs om te zorgen dat iemand zelfs na een lange gevangenisstraf niet meer buiten komt. En daar is de tbs-maatregel niet voor bedoeld. Die is bedoeld om te behandelen, de maatschappij te beschermen en herhaling te voorkomen.”