Op vrijdag 26 april publiceerde RTV Utrecht een artikel over stalking. In het artikel komt ook Lila van de Sande aan het woord, directeur patiëntenzorg OFZ. Je leest het artikel hieronder.
Netflix-serie Baby Reindeer over een stalker is een hit. De Utrechtse strafrechtadvocaat Willem Jan Ausma stond belagers bij en op de Forensisch Psychiatrische Afdeling van Fivoor in Den Dolder worden stalkers behandeld. “Een serie mag er niet voor zorgen dat belagen goedgepraat wordt.”
In Baby Reindeer speelt Richard Gadd de hoofdrol. De Britse komiek en schrijver werd zelf zes jaar lang gestalkt en moest voor de opnamen een deel van zijn trauma’s herbeleven. De vrouw die hem belaagt, noemt hem liefkozend ‘baby rendier’.
Gadd wil met ‘zijn’ serie een realistisch beeld van stalken neerzetten. Hij vindt dat het onderwerp op televisie meestal ’te sexy’ gemaakt wordt. Hij lijkt daarmee op You te doelen, een andere Netflix-serie die meer vanuit het perspectief van de stalker gemaakt is. “Daarmee wordt bijna gesuggereerd dat je voor de hoofdpersoon begrip kan hebben”, vindt behandelaar Lila van de Sande.
Vreemd en schadelijk gedrag
Van de Sande heeft met haar werk als zorgdirecteur en psycholoog van zorginstelling Fivoor met stalkers te maken. Ook op de Forensisch Psychiatrische Afdeling (FPA) in Den Dolder. “Zulke series zijn interessant, omdat ze laten zien wat iemand drijft dit te doen. Daar willen wij als behandelaar ook achter komen. Aan de andere kant: een serie als You mag er niet voor zorgen dat belagen goedgepraat wordt, want onder de streep blijft het vreemd en vooral schadelijk gedrag.”
De Utrechtse advocaat Willem Jan Ausma is het daarmee eens. Hij omschrijft stalking als een mentale ziekte en stond zelf al zo’n tien keer een belager bij. “Echte stalkers hebben een stoornis, een geestesziekte. Ze zijn zich vaak van geen kwaad bewust en hebben een volledig eigen beeld van de werkelijkheid.”
Ausma probeert stalkers die hij in strafzaken verdedigt dan ook niet te overtuigen dat hun perspectief onjuist is. “Dat heeft geen zin, ze zijn namelijk amper vatbaar voor het verhaal van de ander. In plaats daarvan roep ik altijd op om zelf het initiatief te nemen en in behandeling te gaan. Soms dreig ik daar een beetje bij door te zeggen dat ze anders in de bak belanden.”
Behandelmethodes
“Stalking is een complex fenomeen”, vindt Van de Sande. “Er zijn verschillende categorieën met verschillende motieven. En die vragen allemaal hun eigen behandeling.” Van der Sandes woorden raken die van Ausma, want: “Het probleem is dat de stalker vaak overtuigd is van de juistheid van zijn gedrag en een volstrekt andere blik op de situatie heeft.”
Toch is behandeling mogelijk, hoe lastig dat vaak ook is. Van der Sande onderscheidt hierin twee opties. “Zodra het risico hoger ingeschat wordt, kan het zijn dat iemand klinisch behandeld wordt. En ook bijvoorbeeld streng toezicht krijgt op zijn social mediagedrag. Vervolgens proberen we te achterhalen waarom iemand met stalken begonnen is.”
Maar er zijn meer methoden. “Je kan ook medicatie proberen, bijvoorbeeld antipsychotica. Wat ook vaak voorkomt is cognitieve gedragstherapie: dan bespreek je iemands overtuigingen, die toets je ook. Je laat de cliënt daarnaast nadenken over het vertoonde gedrag: is het logisch? Hoeveel schade levert het op? Zijn andere keuzes een mogelijkheid? Langs die manieren probeer je iemand te beïnvloeden.”
Oplossing?
Volgens advocaat Ausma ‘help’ je stalkers er niet mee om ze in de gevangenis te gooien. “Het zijn vaak kwetsbare figuren, meestal mannen die geholpen moeten worden.” Ook contacts- en gebiedsverboden hebben volgens hem niet het gewenste effect. “Ze houden zich er vaak aan, omdat ze de gevolgen kennen. Maar zo’n verbod zorgt er niet voor dat hun gedachten opeens veranderen. Die fascinatie voor een persoon blijft.”
Van der Sande is het daarmee eens. Daarnaast is ze bang dat de stalking niet zomaar verleden tijd is. Sterker nog: “Het is door de enorme toegankelijkheid van privacygevoelige informatie en zichtbaarheid op social media flink toegenomen. Dertig jaar geleden kon je niemand online volgen en moest je meer je best doen om te stalken. Het is zo laagdrempelig nu. Ik vrees dat het daarmee voorlopig nog niet weg zal zijn.”
Hoe wordt er tegen stalkers opgetreden?
Dat begint vaak bij een melding van het slachtoffer. De politie voert vervolgens een zogeheten stopgesprek waarin de stalker uitgelegd wordt waarom zijn gedrag riskant is en moet stoppen. Stopt het stalken niet dan volgt vaak een gebieds- of contactverbod. Laat de stalker zich ook daar niet door tegenhouden dan kan de rechtbank hem een straf opleggen. Variërend van een werkstraf tot een periode in de cel tot soms tbs.
Advocaat Ausma wil die vergaande maatregelen het liefst voorkomen. “Ik adviseer ze eerst naar een ambulante kliniek als De Waag in Utrecht te gaan. Dat is minder dwangmatig dan tbs, maar daarmee hebben ze op zitting wel een beter verhaal. Ze tonen daarmee aan zichzelf te willen beteren. Soms biedt dat soelaas. Maar niet bij iedereen: sommige blijven doorgaan, daar helpt niks tegen.”